01/10/2017

Momenteel ben ik hard bezig met het schrijven van een draftversie betreffende het sociaal beleid, armoedebeleid in Hoogstraten. Indien je suggesties zou hebben kun je deze doorsturen via het meldingsformulier op de homepage. Binnen afzienbare tijd zal deze draftversie de basis zijn voor de besprekingen van het item sociaal beleid in ons verkiezingsprogramma.

 

UIT ONS VERKIEZINGSPROGRAMMA VAN 2012

 

Een sociaal Hoogstraten

“Een écht sociaal beleid bekijkt wat er nodig is in Hoogstraten, niet enkel wat door hogere overheden gesubsidieerd wordt.” --- Jef Roos, vijftiende plaats

1 Sociaal welzijn

De basis van het sociale beleid moet de strijd tegen armoede in al zijn vormen zijn. Het is een illusie te denken dat armoede zich beperkt tot enkele straten van onze gemeente. Het is dan ook essentieel om de mensen die hulp verdienen en nodig hebben te bereiken. Dit kan eventueel in samenwerking met leerkrachten: zij ontdekken vaak eerst waar er echt sociale armoede is.

Armoede beperkt zich niet tot financiële problemen. Afgeleide problemen zijn onder andere slechte behuizing, gezondheidsproblemen, sociale armoede, vervoersarmoede en verminderde onderwijskansen.

Het beleid mag niet enkel afhankelijk zijn van subsidies die door de hogere overheden ter beschikking worden gesteld, maar moet uitgaan van de eigen noden.

Verder is het nodig dat gemeente en OCMW op een constructieve manier met elkaar samenwerken. Dit moet gebeuren door regelmatige contacten op basis van wederzijds respect. Hierdoor kan ook vermeden worden dat er dubbel werk gebeurt.

Het komt erop neer dat we willen werken aan drie belangrijke punten: efficiëntie, bereikbaarheid en vernieuwing.

1.1 Efficiëntie 

Belangrijk is dat we een vorm van “algemeen welzijnsoverleg” organiseren waarin alle organisaties die bezig zijn met welzijn in de breedste zin van het woord (gaande van plaatselijke ziekenfondsen over organisaties die ter plaatse rond armoede werken tot en met het OCMW) vertegenwoordigd zijn. Ze moeten elkaars werking (leren) kennen, om zo alles beter op elkaar af te stemmen.

Om een efficiënt beleid op maat van Hoogstraten uit te tekenen moet er van onze gemeente een “sociale foto” gemaakt worden. Dat is een momentopname van alle noden.

Sinds het begin van de economische crisis valt op dat het aantal leefloners sterk stijgt, ook in Hoogstraten. Daarom moeten we het personeelsbestand van de sociale dienst  evalueren en verhogen indien nodig om onze leefloners beter te kunnen begeleiden.

Budgetbeheer en budgetbegeleiding is een zeer belangrijk element in armoedebestrijding. Het kan niet dat mensen die vragen naar hulp op een wachtlijst worden geplaatst. Waar mogelijk moeten we ook proactief op zoek gaan naar mensen die hulp nodig hebben maar het misschien niet durven vragen.

Voor ons kan er een extra vergoeding voorzien worden boven op het leefloon wanneer er wordt voldaan aan bepaalde extra voorwaarden. We zijn ook sterke voorstander van het koppelen van integratiecontracten aan het leefloon. Naast de leefloners zouden ook personen die omwille van medische, sociale, familiale,... redenen niet kunnen werken, beroep moeten kunnen doen op bijkomende hulp van het OCMW als dit noodzakelijk blijkt te zijn.

Bij verbouwing of nieuwbouw, en bij herinrichting van het openbaar domein is er steeds aandacht voor de toegankelijkheid van gehandicapten. De verenigingen die zich inzetten voor deze doelgroepen krijgen verder ondersteuning.

 

1.2 Bereikbaarheid

Mensen met problemen vinden nog al te vaak de weg niet naar het “sociaal huis”. Hierdoor worden ze niet of veel te laat geholpen. Hier zijn verschillende oorzaken voor. Er rust nog al te vaak een taboe op mensen die hulp zoeken voor hun problemen. De drempel om effectief in het sociaal huis binnen te stappen is vaak nog te groot. Anderzijds is dat sociaal huis door zijn openingstijden, ligging en zelfs het uitzicht ook niet meteen “uitnodigend”. Eventueel kunnen we de mensen zelf opzoeken.

Voor ons is het dus belangrijk dat een sociaal huis ook écht “sociaal” wordt:

de cliënt moet er terecht kunnen voor duidelijke informatie

de openingsuren dienen zo ruim mogelijk te zijn, dus dagelijks van 9 tot 5.

minstens in Meer, Meerle en Meersel-Dreef moeten er zitdagen georganiseerd worden.

De “sociale kaart” is een belangrijk hulpmiddel voor mensen die hulp zoeken. De kaart van Hoogstraten dient verder uitgewerkt te worden. We integreren hierin ook alle bestaande zelfhulpgroepen. Waar mogelijk en wenselijk ondersteunen we deze. Iedereen moet alle sociale voorzieningen kunnen raadplegen.

Met het oog op bereikbaarheid moeten plaatselijke organisaties die armoede bestrijden en die mensen in armoede begeleiden ondersteund worden, zowel financieel als logistiek.

1.3 Vernieuwing

In de loop der jaren zijn de noden en de problemen waar mensen mee te maken krijgen langzaamaan ook veranderd. Voor ons is het belangrijk dat er op die problemen snel en adequaat kan ingegrepen worden. Daarom moeten een paar dingen herbekeken worden.

Zo pleiten we voor het opwaarderen van de gezondheidsraad, die een belangrijke taak heeft in de  sensibilisering van de bevolking rond gezondheid.

De eerstelijns geestelijke gezondheidszorg dient verder ontwikkeld te worden. Mensen met psychische problemen moeten beroep kunnen doen op onmiddellijke professionele hulp.

Energie is één van de grootste kosten voor het huishoudelijk budget. Vandaar dat we de samenwerking met het LAC (die helpt bij personen die problemen hebben met het betalen van hun energiefactuur) vanuit het OCMW erg belangrijk vinden.

Hiervoor starten we een energiecel op. We promoten en organiseren desnoods zelf het samen aankopen van gas en elektriciteit, hoogrendementsglas, isolatiemateriaal,... . Waar mogelijk moet dit zo sterk mogelijk gestimuleerd en vooral opgevolgd worden vanuit de sociale dienst van het OCMW. Deze energiecel zal o.a. stimuleren tot samenaankoop, begeleiden van rekeningen, het samen bekijken van sociale tarieven, hulp  verstrekken bij aanvragen van renteloze leningen, enz.

 

We wensen de nieuwe diensten waar thuisondersteunende zorg wordt aangeboden verder uit te bouwen. We geven het OCMW hierin een coördinerende, ondersteunende en organiserende rol. Thuiszorg is te belangrijk om helemaal aan de privé-diensten over te geven.

 

We streven ernaar om een lokaal dienst- en hulpverleningsaanbod te bekomen dat bekend, begrijpelijk, betrouwbaar, betaalbaar, bereikbaar en bruikbaar is.

 

Er moet intensiever werk gemaakt worden van effectieve woonbegeleiding voor mensen die omwille van welke reden dan ook gebruik maken van de doorgangswoningen of noodopvang. Initiatieven die waardevol zijn gebleken mogen niet stopgezet worden vanaf het moment dat er geen subsidies meer voor verkregen worden. We vertrekken vanuit de noden die er zijn. 

 

Net zoals de gemeente, zou het OCMW haar eigen woonpatrimonium moeten uitbreiden waardoor in crisisopvang voor gezinnen kan voorzien worden, waar gedurende een bepaalde tijd intensieve woonbegeleiding kan toegepast worden, enz.

 

We gaan intensief op zoek naar plaatsingsmogelijkheden voor mindervaliden in Hoogstraten. We zoeken naar regionale mogelijkheden voor opvang, maar eveneens naar mogelijkheden voor thuisbegeleiding en het effectief kunnen benutten van het persoonlijk assistentiebudget.

 

Het reeds lang beloofde project van VZW De As, waar het OCMW nu bijna 10 jaar geleden ruimte voor vrijgehouden heeft, moet dringend gestimuleerd worden.

 

We stellen vast dat meer en meer jongeren beroep doen op hulp van het OCMW, zowel wat betreft financiën, werk, huisvesting als persoonlijke problematiek zoals verslaving en vereenzaming,... Het OCMW moet ook hier de meest gepaste hulpverlening voorzien overeenkomstig haar wettelijke taken. Er moet niet alleen geïnvesteerd worden in de doelgroep van de (hoog)bejaarden, maar ook met inzet van de nodige financiële middelen in andere doelgroepen zoals jongeren, daklozen,...

 

 

2 Senioren

 

Niet enkel in Hoogstraten zijn er faciliteiten nodig voor onze senioren, maar ook in onze andere woonkernen. We zijn voor een doorgedreven decentralisatie van het seniorenbeleid door o.a. serviceflats en dienstencentra in verschillende deelgemeenten.

 

 

We onderzoeken de mogelijkheid naar decentralisatie van dienstverlening. Vanuit de “moederorganisatie” (het woonzorgcentrum in Hoogstraten), moeten satellietclusters gevormd worden in verder afgelegen deelgemeenten zoals Meer, Meerle, Meersel-Dreef.

 

Om senioren de kans te geven in hun eigen gemeente te blijven wonen willen we kleinschalige woonvoorzieningen in alle deeldorpen realiseren. De programmatiecijfers voor rusthuis, serviceflats, dagverbijf dienen optimaal opgenomen te worden om dit te realiseren. We zoeken naar mogelijkheden in de deeldorpen waar dit georganiseerd kan worden onder supervisie van de “moederorganisatie”.

 

Dienstverlening is een recht voor àlle senioren. We zijn tegen initiatieven waar bejaardenwoningen, serviceflats of andere vormen van sociale dienstverlening op voorhand “verkocht” worden aan gegoede burgers via obligaties. We zijn dus absoluut gekant tegen (verdere) privatisering van bestaande of nog door het OCMW te realiseren serviceflats of bejaardenwoningen.

 

We onderzoeken de mogelijkheid om alsnog in te stappen in projecten zoals dementievriendelijke en gezinsvriendelijke  gemeenten. Hiermee samenhangend willen we de mogelijkheden naar het opstarten van zorgboerderijen voor dementerenden nagaan.

 

Voor onze ouderen wensen we sterk de aandacht te richten op valpreventie door intensief campagne te voeren o.a. door het inschakelen van de valbus.

 

Het lokaal dienstencentrum dient een aanbod uit te werken met de nodige aandacht voor het verenigingsleven. Het is niet de bedoeling mekaar te beconcurreren, maar net om samen te werken in de zorg voor onze senioren.

 

We organiseren een goed uitgewerkt winterplan: onze behoeftige ouderen kunnen hier beroep doen op een boodschappendienst, stoep vegen, vervoer, enz. We bekijken de mogelijkheden tot het organiseren van een sociale kruidenier.

 

We onderzoeken de mogelijkheid om thuishuizen in de verschillende deelgemeenten op te starten: huizen waar ouderen maximaal zelfstandig kunnen samenleven in een huiselijke omgeving en waar voldoende aangepaste zorgverlening wordt aangeboden.

 

Ook opvanginitiatieven als CADO verdienen ondersteuning.